Nieuws

‘Kleine daktuin, groots resultaat’

Cashew way of life.

Dat je met een niet al te groot dakterras je toch echt wel een moestuinier kunt voelen, bewijst Namita Bhargava. Zij woont op drie hoog in Amsterdam-West. Haar dakterras is ’s zomers een waar paradijsje vol met tomaten, aardappels, peultjes, diverse soorten sla en kleurrijke bloemen. Haar manier van werken is heel relaxed: ze probeert zo eens wat en vaak komen daar leuke resultaten uit.

Het dakterras van: Namita Bhargava (43), manager nieuwe media bij uitgeverij. Woont hier samen met: Poes (18) | Dakterras: 12 m² | Waar: Amsterdam West | Woont hier sinds: 1996 | Huis: 80 m²

Namita woont al bijna 18 jaar in haar appartement in Amsterdam-West, maar haar passie voor tuinieren is pas aangewakkerd in 2007, na een grote verbouwing van het huis. Toen kreeg ze een dakterras en bedacht dat dit wel een mooie plek kon zijn voor een moestuin. “Voor die tijd was ik niet echt met planten bezig. Ik zaaide af en toe basilicum, maar dat was het wel. Als eerste ben ik met tomaten begonnen. Het zaaien deed ik net als bij basilicum, dus ik strooide het hele zakje leeg. Het resultaat: gigantisch veel tomatenplantjes! Het advies is dan om de zwakke plantjes weg te halen, maar ik heb alle planten gehouden. Het hele dakterras stond vol. En ze deden het allemaal supergoed.”

 Grappig experiment

Het succes van de tomaten smaakte naar meer en zo kwamen er paprika’s en pepertjes.

“Dat ging ook prima en het jaar daarop ben ik met boontjes en peulen begonnen. Zo langzamerhand ben ik van alles gaan uitproberen. Ik vind het vooral leuk om te kijken wat je kunt bereiken zonder er al te veel geld aan uit te geven. Aardappels die uitlopen kun je prima in een pot met grond doen. Na een tijdje heb je er heel veel. Dat is toch geweldig? Restjes selderie en bosuitjes uit de keuken stop ik in de grond en daar komt dan een nieuw plantje uit. Dat vind ik grappig. Of als ik een pepertje tegenkom dat ik heel lekker vind, dan neem ik daar het zaad van en dat groeit vrijwel altijd.”

Miskleunen
Maar niet alles gaat goed. De gekregen meloenzaadjes leidden tot niets. Vertwijfeld vraagt ze zich af of die überhaupt wel kunnen groeien in Nederland. En ook de Coeur de Boeuf- tomaten waren geen succes. “Dat zijn die geribbelde tomaten. Je hebt ze in allerlei kleuren. Die zijn zo lekker, dus wilde ik ze zelf kweken. Maar er kwamen maar twee tomaten aan de plant en die smaakten lang niet zo goed als in Frankrijk. Die hebben denk ik nog meer zon nodig.” Maar andere tomatensoorten doen het altijd goed bij Namita, want het balkon ligt op het zuiden, waardoor er in de zomer de hele dag zon is. Daarnaast is er niet zoveel wind, omdat de huizen er omheen de wind breken. “Tiny Tim’s en Tigerella’s doen het altijd het beste. Tiny Tim’s zijn kleine tomaten met een wat hardere schil en Tigerella’s zijn middelgrote gestreepte tomaten. De Tiny Tim’s hoef je zelf niet te dieven en doen het vrij makkelijk. Zelfs in de kleinere potten met een paprika erbij.”


Digitale inspiratie

Inspiratie voor haar tuintje haalt Namita van internet. “Ik heb een paar boekjes, die gebruik ik vooral als naslagwerk. Bijvoorbeeld om ziektes of schimmels te herkennen. Op internet kijk ik vooral hoe ik dingen aan moet pakken. Op YouTube vind je altijd wel een filmpje waarin iemand even voordoet hoe je een bepaalde groente het beste vast kunt maken.” Verder vindt ze het leuk om mensen met een moestuin op Twitter te volgen. “Het is toch grappig dat iemand even meldt dat het gaat vriezen of zo?”

Blogger

Ook over haar eigen tuinperikelen houdt Namita een blog bij. “Toen ik weer bij een bedrijf ging werken, nadat ik  als zelfstandige had gewerkt, had ik mijn website nog. Ik vond dit wel een aardige invulling.” Veel volgers heeft ze nog niet. “Het zijn vooral bekenden die reageren, maar dat vind ik prima. Het is vooral leuk om te doen.”

Potten van de straat
Volgens Namita hoeft een daktuin helemaal geen dure hobby te zijn. “Het is een sport om te kijken wat ik kan doen met dingen die ik vind. In het begin vond ik tuinpotten op straat en dat vond ik zo zonde. Ik dacht ‘daar moet wat in’. Op een gegeven moment werd het wel een beetje een boeltje en ben ik spullen gaan kopen die er toch beter uitzien. Maar voor succes hoef je zeker niet veel geld uit geven aan bijzondere potten of dure zakken met speciale aarde.”

Kinderen zijn ingewikkelder
Een ander misverstand dat ze graag uit de weg wil ruimen, is het idee dat het onderhouden van een moestuin moeilijk is. Haar buren kijken ’s zomers bijvoorbeeld met bewondering naar groene paradijsje. “Ze zouden het ook wel willen, maar denken dat ze het niet kunnen. Terwijl ze allemaal kinderen hebben, dat lijkt mij veel ingewikkelder. Bij planten hoef je maar twee keer per dag een plons water te gooien, that’s it.”

Genoeg

Of Namita droomt van een grotere moestuin? “Nee, zoals het nu is vind ik het prima. Ik ben een stadsmens, ik zou hier niet weg willen en een volkstuin zie ik ook niet zitten. Ik maak lange dagen op mijn werk. Ik vind het lekker om thuis te zijn. Ik wil nog wel kijken of ik boven op mijn dakkapel ook nog planten kan zetten, maar dan vind ik het ook wel echt genoeg. Het is toch prachtig zo?”

Tips van Namita!

–          Gewoon doen. Begin met kleine tomaatjes of paprika, die geven veel en doen het goed in een wat kleinere pot. Dat is heel motiverend.

–          Zaai zelf. Koop geen opgekweekte planten. Wat ik uit het tuincentrum heb gehaald doet het altijd slechter dan wat ik zelf zaai.  Het is niet moeilijk. Iedereen kan het.

–          Je kunt veel met dingen van de straat, gebruik bijvoorbeeld plantenpotten die worden weggegooid.

–          Maak een klein kasje van druivenbakjes. Je hebt dan een minikasje en de plantjes zijn, als ze klein zijn beschermd tegen de wind.

–          Het is leuk om zaden te ruilen. Ik doe dat met vrienden en bekenden. Het kan ook via internet.

 

Gepubliceerd op 1 juli 2014 in Nieuws

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *