Nieuws

Het ene groendak is het andere niet

Groendaken zijn groene eilanden in de grijze stadswoestijn en vormen natuurlijke bakens voor planten, vogels en insecten. Of toch: dat kúnnen ze zijn op voorwaarde dat ze slim ingericht worden. Groendaken worden al langer aanzien als een methode om natuur meer aan bod te laten komen in de stad. Naast voordelen voor mens en milieu (zoals energiebesparing, waterbeheer, gezondheid,…) heeft de natuur er namelijk ook baat bij omdat er habitats worden gecreëerd op voorheen onbenutte plaatsen. Maar niet elk groendak heeft hetzelfde effect op de biodiversiteit.

Bericht uitgegeven door Natuurpunt (België).

In het algemeen kunnen we twee verschillende types groendaken onderscheiden. Daktuinen zijn intensieve groendaken, waarop zelfs bomen of vijvers mogelijk zijn. Nadeel hiervan is dat de daken bestand moeten zijn tegen het gewicht van de planten en het onderlaag die hiervoor nodig is. Daktuinen kunnen al gauw meer dan 500kg/m² gaan wegen. Zij hebben ook het onderhoud nodig dat vergelijkbaar is met het onderhoud van een doorsnee tuin. Daarnaast is de irrigatie van deze groendaken essentieel. Ondanks de mindere bereikbaarheid voor insecten worden hier zelfs zeldzame soorten teruggevonden. Vooral struik- en grondfoerageerders, zoals merels, duiven en eksters, zijn terug te vinden op daktuinen.

Ook extensieve groendaken kunnen biodivers ingericht worden (foto: Griet Nijs)

Ook extensieve groendaken kunnen biodivers ingericht worden (foto: Griet Nijs)

Een tweede type noemen we de extensieve groendaken, meer natuurlijke systemen die minder onderhoud vereisen. Ze hebben een dunnere onderlaag en zijn daardoor veel lichter (40-150kg/m2), waardoor ze zonder problemen op de meeste daken aangelegd kunnen worden. De plantensoorten die op deze groendaken worden aangeplant moeten aangepast zijn aan de extremere omstandigheden op deze daken. Zo moeten ze bijvoorbeeld tegen droogte, UV-straling, wind, temperatuursextremen, … kunnen. Verder is het ook nodig dat de begroeiing een ondiep wortelsysteem en een lange levensduur heeft, weinig biomassa produceert en zich zelfstandig kan reproduceren. Naast klassieke vetplanten als Wit vetkruid, Muurpeper en Tripmadam is het ook mogelijk om een diverser groendak te creëren door meerjarige kruidachtigen zoals bv. anjers, Slangenkruid en diverse tijmsoorten aan te planten. En deze trekken dan weer bijen en vlinders aan. Bij Canadees onderzoek werden gemakkelijk meer dan 50 soorten wilde bijen aangetroffen per groendak. Vooral grondnestelende, sociale groefbijen waren opvallend vaak aanwezig. Een combinatie van  diverse inheemse plantensoorten en nestgelegenheden, in de vorm van een kleine zandhoop of en een bijenhotelletje, vormen jouw groendak al snel om tot een paradijs voor bijen. En deze zorgen dan weer voor de noodzakelijke zaadzetting. Naast aangeplante plantensoorten kunnen ook planten van buitenaf het groendak koloniseren. Voorbeelden zijn het algemene Straatgras en verschillende klavers en composieten. Maar ook echte zeldzaamheden, zoals de ijle moerasorchis die op Franse groendaken werd aangetroffen, behoren tot de mogelijkheden.

Scholekster (foto: Jan Rodts, Vogelbescherming Vlaanderen)

Scholekster (foto: Jan Rodts, Vogelbescherming Vlaanderen)

Naast groendaken kunnen ook kiezeldaken kansen bieden voor biodiversiteit. Deze eenvoudige, platte daken bestaan uit een standaard dakbedekking bedekt met een laag kiezels. In Nederland werden op deze daken al broedende Scholeksters waargenomen. Deze vogels zijn van nature kust- en weidevogels, maar voor een rustig kiezeldak in een voedselrijke omgeving trekken ze hun snavel niet op. Kiezeldaken in gemeenten die aan de kust gelegen zijn bieden dan weer plaats voor kolonies Visdiefjes of Zilvermeeuwen. Vooral kiezeldaken van grote bedrijfshallen zijn erg in trek. In Zwitserland ruilde de zeldzame Kleine plevier haar natuurlijke nestplaatsen dan weer in voor steengroeves, industriegebieden en… groendaken. Of hoe jouw huis meteen ook een thuis voor planten en dieren kan worden.

Succesvol broedgeval van een Scholekster, op een kiezeldak (foto: Jan Rodts, Vogelbescherming Vlaanderen)

Succesvol broedgeval van een Scholekster, op een kiezeldak (foto: Jan Rodts, Vogelbescherming Vlaanderen)

Tekst: Jens D’Haeseleer, Natuurpunt Studie en Jan Vanstockem, Natuurpunt
Foto’s: Griet Nijs; Jan Rodts, Vogelbescherming Vlaanderen

Bron:http://www.natuurbericht.nl/?id=12628

Gepubliceerd op 9 september 2014 in Nieuws

6 reacties op “Het ene groendak is het andere niet”

  1. Ellen schreef:

    Wij wonen direct aan de kust en de meeuwen zijn in onze buurt helaas een ware plaag. Ook de nesten op de daken. Zou heel graag een groen dak willen om de buurt groener te maken en andere vogeltjes te trekken. Alleen, maken we bij een groen (schuur)dak ook meer kans op meeuwen op ons dak?

    • Grad schreef:

      Mooi! Meeuwen hebben een hekel aan sedumdaken! Dus met een groendak sedumdak heb je minder last van meeuwen!
      Stuur alle gegevens aan ons (adres,maten van het dak, foto?) en we geven een prijs die je niet kan negeren!

  2. Barbara schreef:

    Is het ook mogelijk een groendak aan te leggen onder een dakterras? Dit vnl ter isolatie van het appartement

    • Grad schreef:

      Het is in principe mogelijk om de bouwkundige schil gelijk te krijgen, dit zodat bouwfysisch geen verstoringen optreden. Mogelijk, als u ons een foto kunt sturen, kunnen wij beter beoordelen wat kan.
      Groet, Groendak

  3. suzanne schreef:

    Tot hoe hoog komen de bijen en insecten? Als je op een grote toren van 70 meter hoogte een daktuin maakt, komen de bijen, vogels en insecten hier dan ook heen?

    • Grad schreef:

      Bijen, vogels en insecten kan je op iedere hoogte aantreffen. Wat alleen moet kunnen is dat de hoogte ook bereikbaar is voor al die biodiversiteit. Het mooiste zijn “stepping stones” dat wil zeggen in de omgeving van een laag dak: een iets hoger dak : een nog hoger dak : enz. Stap voor stap kunnen dan ook insecten de hoogte in.
      Ook op 70 meter hoogte kan je dus insecten verwachten, maar dan moeten wel de omstandigheden zo zijn dat de insecten er kunnen verblijven, zich voortplanten, etc. Het is het verhaal van ‘de kip en het ei’ of het verhaal van ‘het groendak en de vlieg’.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *